(Hoog Cervicale Functie Stoornis)

Uw baby heeft een opvallend asymmetrieprobleem, dat uzelf hebt waargenomen. Dat is ook opgevallen door de mensen om u heen. U weet waarschijnlijk niet welke hulp daarvoor ingeroepen kan worden en wanneer. Een nog belangrijkere vraag is of een behandeling noodzakelijk is. Waarschijnlijk had u al een gesprek met uw huis- en/of kinderarts of kinderfysiotherapeut.

Aanvullende opmerkingen zullen u in deze welkom zijn. M.n. de toelichting over de diagnostiek en therapie van de symmetriestoringen in de bovenste nekwervels en dikwijls de gehele wervelkolom.

De asymmetrische ontwikkeling van de baby gaat dikwijls gepaard met excessief, ontroostbaar huilen. Beide symptomen kunnen zich echter ook apart manifesteren. Het huilen is het meest tragische of het meest storende voor de baby maar ook voor het hele gezin. Naar de mening van de in HCFS gespecialiseerde manueeltherapeut dient de scheve baby extra aandacht te krijgen, ook tijdens de bezoeken aan de consultatiebureauarts.

Omdat asymmetrische baby zich dikwijls onopvallend “normaal” gedraagt valt het HCFS-symptoom “asymmetrie” niet zo gauw op en kan zich sluipend in het bewegingsapparaat ontwikkelen. Juist daarom moeten de ouders extra aandacht geven aan de lig- en zithouding van de baby. Een constante zelfde (ook kleine) scheve lighouding is een waarschuwing.

Wat kunnen de gevolgen zijn van deze scheefheid?

Een hoofd (met ogen en evenwichtsorganen) moet te allen tijde horizontaal in de ruimte staan. Staat het hoofdje scheef, dan moet die scheve stand elders in de wervelkolom worden gecorrigeerd. Gebeurt dat boven in de nek, dan is de kans op latere hoofdpijn groot. Dikwijls gaat dit compensatieproces gepaard met verhoogde spierspanningen en wervelgewrichtjes die gaan vastzitten, vormen een bron voor hoofdpijnklachten, concentratiestoornissen, algehele onrust in het lichaam.

Kenmerkend voor een jong kind is beweeglijkheid, speelsheid en mobiliteit. Het is verbazingwekkend hoe de asymmetrie van de zuigeling zich in korte tijd (enkele weken of maanden) kan ontwikkelen tot een reeks van blokkeringen van achterhoofd tot in de bekkengewrichten. De asymmetrische ontwikkeling vanuit de bovenste nekgewrichten leidt ook tot asymmetrische functiestoornissen van de voeten. Dikwijls zien we dan ook bij de 2-jarige aan één kant een duidelijke platvoet en aan dié zijde ook beperkingen in heup en bekkengewricht. Derhalve is het zinvol te stellen dat de asymmetrische zuigeling aandacht behoeft in de zin van een halfjaarlijkse controlebezoek aan de manueeltherapeut. Tussen het 2e en het 3e levensjaar gaan de kraakbenige componenten van het skelet verbenen. D.w.z. dat kleine scheefstanden in de wervels zich fixeren in de botstructuren van de complexe wervels.

Dit gaat meestal gepaard met gewrichtsblokkeringen, Dus functiebeperkingen in een reeks van wervels tot in het bekken en voeten. Derhalve verdient de asymmetrische HCFS-baby vóór het 2e levensjaar de controlerende aandacht van de manueeltherapeut, minstens 1 x per halfjaar. Dat is geen overdreven zorg, dit is preventieve gezondheidzorg, zoals u ook met uw gebit doet. Daar heeft een klein kind recht op. Bij de zuigeling wordt in de eerste maanden van zijn leventje deze totale asymmetrie aangestuurd vanuit de bovenste nekgewrichtjes.

Kenmerkend voor een jong kind is beweeglijkheid, speelsheid en mobiliteit. Het is verbazingwekkend hoe de asymmetrie van de zuigeling zich in korte tijd (enkele weken of maanden) kan ontwikkelen tot een reeks van blokkeringen van achterhoofd tot in de bekkengewrichten. De asymmetrische ontwikkeling vanuit de bovenste nekgewrichten leidt ook tot asymmetrische functiestoornissen van de voeten. Dikwijls zien we dan ook bij de 2-jarige aan één kant een duidelijke platvoet en aan dié zijde ook beperkingen in heup en bekkengewricht. Derhalve is het zinvol te stellen dat de asymmetrische zuigeling aandacht behoeft in de zin van een halfjaarlijkse controlebezoek aan de manueeltherapeut. Tussen het 2e en het 3e levensjaar gaan de kraakbenige componenten van het skelet verbenen. D.w.z. dat kleine scheefstanden in de wervels zich fixeren in de botstructuren van de complexe wervels.

Ogenschijnlijk ontwikkelt de baby zich daarna symmetrisch. Het zijn de kleine asymmetrische functiebeperkingen vanaf den beginne, die een grote storende factor kunnen gaan vormen in de lichamelijke ontwikkeling van het kind. Kinderartsen en kinderfysiotherapeuten zijn niet geschoold in het diagnosticeren van deze vroege én kleine functiestoornissen met grote gevolgen. Alleen de in HCFS gespecialiseerde manueeltherapeut is de specialist bij uitstek, die de “fijn diagnostiek” in de functies van de wervelkolom kan doen. Vroegtijdige diagnostiek en indien nodig manuele therapie (vóór het 2e levensjaar en liever vóór de 2e maand!!) voorkomt een sluipende asymmetrievorming van het gehele bewegingsapparaat. Scheve schedel verdient extra aandacht van de moeder.

Wanneer u een lichte schedel-afplatting door de asymmetrische lighouding in de eerste 2-4 weken bespeurt, is een direct bezoek aan de manueeltherapeut zinvol. Uitstel van dit bezoek kan dan verdere (onnodige) vervorming van de schedel leiden.

  • De behandeling
  • Links voor meer informatie
  • Scheve dwangstand van hoofd, nek en romp, hoofd achterover getrokken
  • Overstrekken hoofd-nek-romp zonder de asymmetrie
  • Ligt niet graag op de buik
  • Kleertjes over het hoofd trekken geeft heftige reacties
  • Slechte hoofdbalans, heffen hoofd is moeilijk en zwak en totale motoriekontwikkeling verloopt vertraagd
  • Eenzijdige slaaphouding, waardoor scheve schedel zich ontwikkelt
  • Schedelasymmetrie, achterhoofd en voorhoofd
  • Toenemende scheve houding van de romp, de scoliose
  • Asymmetrisch bewegen van de romp, armen en benen
  • Ontwikkelingsproblemen van de heupgewrichten, meestal eenzijdig
  • Afwijking in de voetenstand door asymmetrische spierfuncties
  • Slaapstoornissen, veel en hoog huilen, oververmoeidheid
  • Prikkelbaar, driftig en onrustig
  • Aan het haar of oor trekken op één plek haarplukken
  • Erg gevoelig nekje
  • Koude handjes en voetjes
  • Lichte, niet te verklaren wisselingen in lichaamstemperatuur
  • Slikklachten, kwijlen
  • Kuchen zonder verkouden te zijn
  • Bij oppakken schiet kindje in overstrekkingspatroon en wil derhalve niet graag opgepakt of geknuffeld worden, kind kan niet hechten
  • Handjes in vuistjes gespannen

Deze klachten kunnen ook andere oorzaken hebben, het is de huisarts die bepaalt welke specialist dan wordt ingeschakeld. Op basis van onze manueel therapeutische ervaringen wordt de “differentiaaldiagnose” gesteld, om daarna de diagnose nauwkeuriger te omschrijven en de juiste therapievorm te kiezen. De diagnose wordt in de eerste plaats gesteld door de huis- kinder- of CB-arts. Omdat een moeder haar eigen kind én andere baby’s elke dag ziet, is de waarneming van de moeder dikwijls een goede, wanneer zij een aantal symptomen van het HCFS-syndroom waarneemt, ook bij andere kinderen! Dan moet de moeder goed naar zichzelf luisteren!

Als u kort na de behandeling kunt waarnemen, dat er iets veranderd is, verbeterd of verdwenen, dan is dat veelzeggend voor een samenhang met de diagnose en de manuele therapie.

Voor de behandeling van het HCFS-syndroom worden zachte behandeltechnieken gebruikt, met meestal corrigerende mobilisaties van de atlas of de gehele nek, zodat deze weer vrij wordt gemaakt.. Ook wordt het bekken dikwijls betrokken in de therapiesessie. Behandeling van zuigelingen kan vanaf 3 maanden (in sommige gevallen zelfs eerder). Bij problemen in de ontwikkeling van uw kind is het zinvol tijdig via het consultatiebureau, uw huisarts of kinderarts ondersteuning te zoeken. Het HCFS-syndroom zou een verklaring kunnen zijn. Vroeg tijdige behandeling door de manueel therapeut werkt preventief en voorkomt verdere schade.

U vindt meer informatie over manuele therapie op de volgende website(s):